Algemeen
Onder bepaalde omstandigheden is het mogelijk dat werknemers hun werkgever aansprakelijk stellen voor door hen opgelopen letselschade in de uitoefening van hun werkzaamheden. Hierbij gaat het dus om ofwel lichamelijke of psychische lachten. Dit is mogelijk op grond van art. 7:658 BW en/of art. 7:611 BW. Onder het kopje 'Aansprakelijkheid voor letsel' zal nader worden ingegaan op deze vorm van schade. Op grond van art. 7:615 BW zijn bovenstaande bepalingen echter in beginsel niet van toepassing op personen in dienst van de gemeente. Het staat de gemeente echter wel vrij deze bepalingen op de dienstbetrekking van toepassing te verklaren. Aansprakelijkheid van de gemeente op grond van deze bepalingen is dus wel degelijk mogelijk. Betekent dit nu dat de gemeente haar aansprakelijkheid ten opzichte van werknemers te allen tijde kan uitsluiten indien zij dit wenselijk acht? Nee, dit is niet het geval. Het is voor ambtenaren namelijk mogelijk hun schade van de gemeente vergoed te krijgen op twee andere manieren. Hieronder zullen beide mogelijkheden nader worden uitgewerkt.
Rechtspositiereglement
Op verschillende soorten ambtenaren zijn verschillende rechtspositiereglementen van toepassing. Op grond van art. 125 van de Ambtenarenwet dienen voor ambtenaren met betrekking tot verschillende onderwerpen nadere voorschriften te worden vastgesteld. Hierin is onder andere opgenomen in hoeverre de ambtenaar recht heeft op doorbetaling in geval van ziekte, maar staat ook hoe om dient te worden gegaan met een eventuele vergoeding in geval van arbeidsongeschiktheid als gevolg van een dienstongeval of een beroepsziekte. Kort gezegd zal in een dergelijk geval betekenis toekomen aan de oorzaak van de arbeidsongeschiktheid, het causaal verband en de mate waarin de arbeidsongeschiktheid het gevolg is van de eigen schuld of nalatigheid van de ambtenaar. Voor aansprakelijkheid van de gemeente is niet vereist dat haar daadwerkelijk een verwijt moet kunnen worden gemaakt.
Werkgeversaansprakelijkheid
Het kan onder bepaalde omstandigheden voorkomen dat op basis van het rechtspositiereglement niet de gehele door de ambtenaar geleden schade vergoed wordt. Er is dan sprake van een zogenaamde 'restschade', welke onder andere kan bestaan uit psychische schade. Voor de aansprakelijkheid van de gemeente voor deze restschade wordt aangesloten bij art. 7:658 BW, waarbij dient te worden uitgegaan van voor ambtenaren geldende regels. Uit de jurisprudentie is gebleken dat veelal in grote lijnen wordt aangesloten bij de civielrechtelijk gehanteerde norm, maar dat de Centrale Raad van Beroep hier wel degelijk in zekere zin van afwijkt. Ten aanzien van ambtenaren geldt nog een aanvullende eis. Dit houdt in dat een gemeente pas aansprakelijk gesteld kan worden voor psychische schade, indien in meerdere mate sprake is van factoren die in verhouding tot het werk of die werkomstandigheden – objectief bezien – een buitensporig karakter dragen. Wanneer geen aansprakelijkheid van de gemeente vast komt te staan, is geen beroep op art. 7:611 BW mogelijk.
De Wet normalisering rechtspositie ambtenaren
Op dit moment staat gepland dat de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) per 1 januari 2020 in werking zal treden. Deze wet is erop gericht ervoor te zorgen dat de rechten en plichten van ambtenaren zoveel mogelijk op één lijn komen te liggen met die van werknemers in het gewone bedrijfsleven. Een van de belangrijkste veranderen ziet op het feit dat op dit moment nog eenzijdig door de werkgever besluiten worden genomen met betrekking tot het dienstverband van ambtenaren. Met deze wet gaat hier verandering in komen. Voortaan zal sprake zijn van een tweezijdige arbeidsovereenkomst, waarbij aan het begin van de indiensttreding tussen de werknemer en werkgever afspraken gemaakt zullen worden. Ook het hele civiele arbeidsrecht zal voortaan van toepassing zijn op ambtenaren en zal het een en ander veranderen met betrekking tot de werkgeversaansprakelijkheid. Het is voor de gemeente dan ook van belang op de hoogte te blijven van deze wet en rekening te houden met de gevolgen die deze wet per 1 januari 2020 zal hebben met betrekking tot eventuele werkgeversaansprakelijkheid van de gemeente.
De gemeente kan niet op grond van art. 7:611 BW worden aangesproken voor het in strijd handelen met 'goed werkgeverschap'. Een dergelijk beroep staat voor ambtenaren niet open. Eventueel zal in een dergelijk geval aansluiting gezocht kunnen worden bij art. 125 van de Ambtenarenwet, waarin is opgenomen dat bij algemene maatregel van bestuur voorschriften dienen te worden opgesteld voor ambtenaren met betrekking tot arbeidsongeschiktheid et cetera. Echter, dit is lastiger dan in een 'normaal' geval tussen werknemer en werkgever.
Het kan voorkomen dat een werknemer tijdens zijn werkzaamheden te maken krijgt met asbestblootstelling als gevolg waarvan hij de ziekte mesothelioom oploopt en zijn werkgever aansprakelijk stelt. Echter, ondanks het feit dat deze ziekte altijd door asbest veroorzaakt wordt, wil dit niet zeggen dat hiermee het oorzakelijk verband tussen de ziekte en de werkzaamheden standaard gegeven is. Hierbij komt betekenis toe aan de duur en intensiteit van de blootstelling. Het oorzakelijk verband mag niet te onzeker zijn. (HR 6 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:536)
De inhoud van deze kennisbank is met alle zorgvuldigheid opgesteld. Van belang is echter op te merken dat bij het opstellen hiervan geen volledigheid is beoogd; de gegeven informatie is geen juridisch advies. De juridische beoordeling zal altijd afhangen van de omstandigheden van het geval, waarbij betekenis toekomt aan de specifieke feiten van uw zaak. Het is dan ook van belang er rekening mee te houden dat deze kennisbank slechts een algemene schets is; gebruikers van de website kunnen aan de gegeven informatie dan ook geen rechten ontlenen. Raetsheren en CMS helpen u graag verder bij de beoordeling van uw geschil.
Raetsheren tracht de in deze kennisbank opgenomen wet- en regelgeving actueel te houden. Er dient echter rekening te worden gehouden met het feit dat zich recente ontwikkelingen kunnen voordoen die nog niet in deze kennisbank zijn opgenomen, maar wel invloed kunnen hebben op uw zaak. Hierdoor is het noodzakelijk uw zaak altijd te laten beoordelen door een expert. Raetsheren en CMS helpen u hier graag mee verder.